Er was eens… het Haags Kamermuziek Ensemble. En toen was het er niet meer, en liepen een aantal oud-
leden in Rijswijk met hun ziel onder de arm. Coen van der Heide, altviolist in het Rotterdams
Philharmonisch orkest (met een korte onderbreking in het Residentie Orkest), was een van die zielen, en
gezamenlijk besloten zij tot oprichting van een nieuw strijkorkest, waar Coen (aanvankelijk wat
tegenstribbelend) de dirigeerstok ging zwaaien. Er werd contact gelegd met de gemeente Rijswijk, er kwam
een subsidie en het nog naamloze ensemble was een feit. Op 6 oktober 1974 was, naar de overlevering
meldt, de eerste repetitie. Begin 1975 werden de eerste concerten gegeven. Startproblemen waren er genoeg:
waar is een geschikte repetitieruimte? Waar gaan we concerten organiseren? Wat voor structuur kiezen we,
en wat voor naam moet de groep krijgen?
Net als in een sprookje werden alle problemen netjes opgelost. Concerten in het Museum Rijswijk (vroeger
de Ottoburch geheten, een Rijswijkse buitenplaats), dat al snel te klein werd voor het steeds groeiende
publiek, waarna de Oude Kerk, aan de overkant, de vaste locatie werd. Amateur-dichter Hendrik Tollens,
een Rotterdammer weliswaar, woonde de laatste tien jaar van zijn leven op de Ottoburch, Na het overlijden
van de geliefde volksdichter werd de naam veranderd in het Tollenshuis, en ziedaar: de naam van het
ensemble was gevonden. Een repetitieruimte vinden was lastiger, maar ook dat kwam in orde (na wat
omzwervingen werd het de kelder van het stadhuis). Het Tollens Ensemble gaf al snel meer dan tien
concerten per jaar, het aantal spelers groeide, en zo was behoefte aan een formelere structuur.
Op 29 mei 1979 werd de vereniging Tollens Ensemble opgericht, met een bestuur, statuten en een
huishoudelijk reglement met notariële bekrachtiging. Er kwam een verenigingsblaadje (de Tollenskroniek)
en een vriendenvereniging. De dolende zielen hadden een thuis gevonden.
Helaas is Coen in 2011 ernstig ziek geworden en in oktober van dat jaar overleden, waardoor opeens het
Tollens Ensemble zijn bezieler miste.
Na rijp beraad werd besloten Coens wens te volgen, en bleef het ensemble bestaan. Daarover later meer!